De eindtijd
De afgelopen weken las ik de serie 'Bennett en McCoy' van de Amerikaanse schrijver Joël C. Rosenberg. Wie theologie in een thriller-jas wil lezen, moet dit ter hand nemen, ook al zijn de verhandelingen over Bijbelteksten tussen karakters in het boek soms wat langdradig en weinig overtuigend. De auteur hangt een vorm van het dispensationalisme aan die met name in het 5e boek naar voren komt. Aan het einde van dit boek vindt namelijk de opname van de gemeente plaats, terwijl de wereldgeschiedenis wel doorgaat.
Wie het sentiment in evangelische kringen rond de eindtijd
een beetje wil begrijpen, kan hier zijn hart ophalen. Alles komt langs: de
plaats van Israël, de bouw van de Derde Tempel, Babylon, Openbaring en ga zo maar door. Eeuwenoude profetieën blijken ineens
behulpzaam te zijn om politieke keuzes te maken.[1]
Wat het boek nog meer lading geeft: Gebeurtenissen die uit de fantasie van de
schrijver kwamen, gebeurden ook daadwerkelijk: aanslagen met vliegtuigen en een
aanslag op een Amerikaans konvooi in Israël. En zo lijkt dit verhaal een
geloofwaardige beschrijving van de afloop van de menselijke geschiedenis. (Terzijde:
reviews op bol.com laten zien dat mensen de boeken ook zo lezen.)
Eén van de pijlers van de boeken is de interpretatie van
Ezechiël 36-48. Hierin gaat het over de terugkeer van het volk Israël (Ezechiël
36-37), de aanval van Gog en Magog (Ezechiël 38-39) en de bouw van een nieuwe
tempel (Ezechiël 40-48). In de interpretatie van de schrijver gaat Ezechiël
36-37 over het ontstaan van de staat Israël, Ezechiël 38-39 gaat over de aanval
van een Russisch-Iraanse coalitie, en het laatste deel, Ezechiël 40-48 gaat
over de bouw van de 3e tempel.
Toch zijn er wel wat vragen te stellen bij dit verhaal. Mijn
eerste richt zich op het Amerika-centrisme van dit eindtijdscenario. Amerika speelt
een heel belangrijke rol in het verhaal, tot de opname van de gemeente, want
dan zijn er ineens 50 miljoen Amerikanen (of misschien wel meer) verdwenen. De
schrijver benoemt wel dat dit in andere landen ook problemen geeft, maar daar
lijkt het toch iets minder problematisch te zijn. De opname van de gemeente
vindt ook plaats, nadat er een kernaanval op Amerika heeft plaatsgevonden,
alsof de ondergang van Amerika het einde van de wereldgeschiedenis inluidt.
Daarnaast vindt er soms ook een versimpeling van de
werkelijkheid plaats. Op een gegeven moment gaat het over het kwaad dat de
Joden is aangedaan door christenen, dan is de reactie van één van de karakters
dat geen van de verkeerde dingen die de Joden aangedaan zijn, zijn gedaan door
mensen die Jezus echt volgen. De kerkgeschiedenis laat zien dat dit veel
gecompliceerder ligt. Of je moet het inderdaad zo simpel willen houden en gewoon
iedereen afschrijven als niet-christen wanneer hij/zij iets verkeerd doet richting
de Joden.
Mijn laatste punt is dat de verbinding van de Bijbelse teksten
met vandaag bij mij wel grote vragen oproept. Dat je in bepaalde onderdelen van
oude profetieën elementen ziet die vandaag ook voorkomen, betekent niet dat je ze
vandaag direct toe kunt passen op allerlei (politieke) situaties. Ezechiël beschrijft
een tempel, die je – vanuit zijn perspectief – niet de derde tempel kan noemen,
de tweede stond er namelijk nog helemaal niet, alleen de eerste lag in puin. Dus
de vraag is dan of je überhaupt moet nadenken over een derde tempel vanuit
christelijk perspectief. In het boek Openbaring komt er namelijk helemaal geen
tempel meer op aarde, omdat God de tempel is van het nieuwe Jeruzalem (Openb.
21:22).
Eindtijd
Hoe moeten we onze tijd dan duiden? Leven we in de eindtijd?
De verleiding is groot om het te zeggen. Bij het schrijven van deze boeken was
corona er zelfs nog niet. Toch denk ik dat we ons met de vraag of we in de eindtijd
leven, helemaal niet mee bezig hoeven te houden. Misschien duurt het nog wel 2000
jaar tot Jezus terugkomt. Zijn klok heeft een andere tijdsindeling dan de onze (2
Petrus 3:8).
En die wereldwijde politiek dan? Daar gebeurt genoeg, maar
ook daar is niets nieuws onder de zon. De ondergang en opkomst van grote
politieke en economische machten, denk bijvoorbeeld aan het Romeinse rijk, gaat
altijd gepaard met onzekerheid en ook strijd. Daarom tot slot een citaat van
iemand die ook leefde op zo’n breuklijn in de geschiedenis, Augustinus uit
Hippo:
“En daarom zeg ik, broeders en zusters: bid zoveel u kunt.
Er is een overvloed aan slechte dingen en dat heeft God zelf toegelaten. Was er
maar geen overvloed aan slechte mensen, dan zou er ook geen overvloed zijn aan
slechte dingen. Het zijn slechte tijden! het zijn moeilijke tijden! Dat zeggen
de mensen tenminste. laten we liever goed leven, dan worden de tijden vanzelf
goed. Wij zijn de tijden. Zoals wij zijn, zo zijn de tijden.
Maar wat doen wij eraan? ... Waarom teleurgesteld zijn,
waarom mopperen op God? Er is een overvloed aan slechte dingen in de wereld om
te voorkomen dat we de wereld beminnen. ... De wereld is slecht, jazeker,
slecht. Maar we beminnen haar alsof ze goed is. Wat is er dan zo slecht aan de
wereld? Want de hemel, de aarde en het water zijn niet slecht, en alles wat
daarin is, vissen, vogels, bomen, ook niet. Al die dingen zijn goed. Nee, het
zijn de slechte mensen die de wereld slecht maken.
Maar omdat we die slechte mensen zolang we leven, nu eenmaal
niet kunnen ontlopen, moeten we een diepe verzuchting slaken naar God onze
Heer, en het slechte verdragen om het goede te bereiken. Laten we het ons
Gezinshoofd niet aanrekenen, want Hij is goed voor ons. Hij draagt ons, en niet
wij Hem. Hij weet hoe Hij zijn schepping moet besturen. Doe wat hij beveelt, en
hoop op wat Hij belooft.” (Sermo 80,8)
[1] Hier een
voorbeeld van Rosenbergs duiding van een ontmoeting tussen Poetin en Erdogan: https://flashtrafficblog.epicentermedia.net/2017/09/29/on-the-eve-of-yom-kippur-putin-in-ankara-to-forge-alliance-of-russia-turkey-iran-heres-why-thats-interesting/
Reacties
Een reactie posten